De Europese mechanisatiesector is na een lange periode van een slechte stemming in november weer eens goed gemutst. Dat blijkt uit de Business Barometer van de CEMA, de Europese vereniging voor de landbouwmachine-industrie.
Voor het eerst sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne geven Europese fabrikanten aan dat er sprake is van een verbetering. Zowel op orderniveau als op productieniveau. In de Business Barometer wordt het stemmingsniveau in de sector weergegeven in een index van -100 tot +100 punten. Vorig jaar lag de piek in mei met +72 punten. De stemming op dit moment wordt beoordeeld met +23 punten. Vorige maand was dat nog +12. De punten worden gegeven door 140 fabrieksvertegenwoordigers uit de negen CEMA-landen. Zij vullen maandelijks een enquête in. De negen landen worden vertegenwoordigd door de VDMA (Duitsland), FederUnacoma (Italië), Axema (Frankrijk), AEA (Verenigd Koninkrijk), Agoria (België), Ansemat (Spanje), Metaltechnology Austria (Oostenrijk, Danish Agro Industry (Denemarken) en Fedecom.
Het aantal orders dat de fabrikanten hebben komt overeen met een productieperiode van 6,8 maanden. Dat is, zo meldt de CEMA, nog niet eerder zo goed geweest sinds de start van de enquête. Een onderdelentekort en de prijsstijgingen zijn nog altijd geen gepasseerd station, maar er is momenteel sprake van enige versoepeling waardoor fabrikanten steeds vaker in staat zijn machines op tijd te leveren.