De Europese mechanisatiesector verwacht voor de komende tijd geen positieve ontwikkelingen in de omzet. Dat blijkt uit de Business Barometer van de CEMA, de Europese vereniging voor de landbouwmachine-industrie.
In de Business Barometer wordt het stemmingsniveau in de sector weergegeven in een index van -100 tot +100 punten. De stemming op dit moment wordt beoordeeld met -50. Vorig jaar lag de index in de eerste maanden van het jaar rond de +36. De punten worden gegeven door 140 fabrieksvertegenwoordigers uit de negen CEMA-landen. Zij vullen maandelijks een enquête in. De negen landen worden vertegenwoordigd door de VDMA (Duitsland), FederUnacoma (Italië), Axema (Frankrijk), AEA (Verenigd Koninkrijk), Agoria (België), Ansemat (Spanje), Metaltechnology Austria (Oostenrijk, Danish Agro Industry (Denemarken) en Fedecom.
Uit de Barometer blijkt dat de dealervoorraden verder oplopen en momenteel boven het niveau van 2019 liggen. Dat jaar is de geschiedenis in gegaan als het jaar met de grootste voorraden ooit.
Er is geen enkel Europees land waarin wordt verwacht dat de omzet gaat stijgen de komende tijd. Volgens de Barometer is de situatie in West-Europa en de Scandinavische landen niet zo slecht als voor de Centraal- en Oost-Europese landen.
77 procent van de fabrikanten verwacht niets te veranderen aan het personeelsbestand. Acht procent denkt meer personeel aan te trekken en 15 procent geeft aan het met minder medewerker aan te kunnen. Voor tijdelijke werknemers ziet het er minder goed uit. 56 procent van de fabrikanten meldt dat het tijdelijk personeel de deur wijst. 41 procent geeft aan niets te veranderen.
