Tachtig procent van de Duitse boeren staat open voor landbouwtechniek uit Azië. Dat blijkt uit een rapport van het Duitse adviesbureau MHP. Ondanks twijfels over kwaliteit en service sluiten boeren niet uit dat zij een volgende keer kiezen voor een landbouwmachine uit bijvoorbeeld China.
Volgens de opstellers van het rapport bevindt de Europese landbouwmachine-industrie zich in een economisch gespannen situatie: branchevertegenwoordigers melden onbevredigende omzetcijfers en er is volgens MHP sprake van een afgekoeld investeringsklimaat. Achter deze dip schuilt een structureel risico, dat op vakbeurs Agritechnica in Hannover duidelijk zichtbaar was: de massale aanwezigheid van Aziatische fabrikanten, zoals Zoomlion en Lovol.
Deze nieuwe concurrenten imiteren niet langer de westerse fabrikanten, aldus het rapport. Zij benutten de huidige zwakke markt om een plek te veroveren. Aziatische fabrikanten richten hun blik op de westerse markten en kunnen zich snel ontwikkelen tot serieuze concurrenten van de traditionele westerse machinemerken.
Om beter inzicht te krijgen in de marktsituatie, ondervroeg MHP na vakbeurs Agritechnica 500 boeren uit heel Duitsland. Hoewel het geen wereldwijde marktanalyse betreft, biedt de enquête een representatief beeld van de stemming in de thuismarkt van veel premiumfabrikanten, aldus het adviesbureau. De conclusie is dat klantloyaliteit geen vaste waarde is. Als de economische druk toeneemt, verdwijnt de trouw van boeren aan de traditionele merken snel.
Door inflatie en oplopende kosten zijn de prijzen voor landbouwmachines de afgelopen jaren flink gestegen. De enquête laat een duidelijk tegengeluid van de klant zien: prijsgevoeligheid is groot, en de drempel om over te stappen naar een andere aanbieder is verrassend laag. Als de prijs van een machine uit Azië 10 procent lager ligt, neigt een kwart van de ondervraagden al door de bocht te gaan. Bij een prijsverschil van 20 procent loopt dat op tot 60 procent van de ondervraagden.
“In de landbouwtechniek draait het allang niet meer alleen om de machine, maar om digitale innovaties, sterke service en maximale prestaties”, zegt MHP-directeur Federico Magno. “Merken die nu investeren in uitmuntende service, slimme softwarefuncties en robuuste waardeketens, verschaffen zich een strategisch voordeel.”
Hopeloos is de situatie dan ook niet. Maar de gevestigde merken zullen volgens MHP hun kostenstructuur moeten verbeteren om concurrerend te blijven en zich tegelijk ontwikkelen van machinebouwer tot aanbieder van beschikbaarheid en digitale intelligentie. Wie deze balans weet te vinden, hoeft de concurrentie uit Azië niet te vrezen, meent MHP.
Hoewel boeren dus niet afwijzend tegenover machines uit Azië staan, heeft bijna 44 procent wel twijfels over de kwaliteit en duurzaamheid. Ook vreest ruim 40 procent een gebrekkige service en verwacht 38 procent problemen met de onderdelenvoorziening.