De fabrikanten van machines voor de akkerbouw zijn het minst goed gestemd. Zowel de omzetverwachting als de huidige gang van zaken liggen onder het sectorgemiddelde.
Hoewel de melkprijzen over het algemeen te wensen over laten, hebben de machinebouwers in de veehouderij niks te klagen.
Gemiddeld genomen verwachten de fabrikanten, in totaal 140 uit 9 bij de CEMA aangesloten landen, een omzetstijging in 2018. Dat strookt niet helemaal met de verwachtingen van fabrikanten in onder meer Italië, het Verenigd Koninkrijk, Scandinavië en Oost-Europa. Daar lijkt de stemming wat meer gematigd. Polen en Duitsland doen het, zoals verwacht op basis van voorgaande maanden, nog altijd goed. Al blijkt uit de Business Barometer dat ook in die landen het hoogtepunt inmiddels is gepasseerd.
Ten opzichte van maart 2018 is de huidige gang van zaken volgens 48 procent van de 140 fabrikanten bevredigend. Het percentage dat aangeeft dat het zeer goed gaat, is net als in april negen. De omzetverwachting is naar beneden bijgesteld. 44 procent van de fabrikanten voorziet een daling, vorige maand was dat nog 36 procent.
Het personeelsbestand met vaste medewerkers gaat volgens 34 procent van de fabrikanten groeien, 3 procent verwacht een krimp. Voor tijdelijke medewerkers ziet het er minder goed uit. Bij 14 procent van de machinebouwers is een krimp aanstaande. 24 procent denkt meer tijdelijk personeel nodig te hebben.
