Ten opzichte van het tweede kwartaal van 2019 daalde de omzet van het moederbedrijf van ondermeer Fendt, Massey Ferguson en Valtra, met 1,9 miljard dollar tot 2 miljard dollar. Doordat toeleveranciers geen producten konden leveren, maar ook om de gezondheid van de werknemers te waarborgen, gingen de fabrieken van de machinefabrikant in april bijna een maand lang dicht. Het zorgde ervoor dat er zo goed als geen nieuwe machines de fabriek verlieten. Toen de fabrieken in Europa en Zuid-Amerika weer open gingen, was het niet mogelijk om de eenmaal opgelopen achterstand nog in te halen. Uiteindelijk maakten de werknemers van Agco wereldwijd 19 procent minder productie-uren dan in dezelfde periode van 2019.
Agco’s omzet in het tweede kwartaal van 2020 daalde in Europa en het Midden-Oosten met 22,8 procent. Vooral in Spanje, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk was de vraag laag. Gerekend over het eerste half jaar van 2020 liep de omzet in Europa en het Midden-Oosten met 16,1 procent terug. Wereldwijd bedroeg de omzetdaling over het eerste half jaar 10,9 procent. Agco verwacht dat het derde kwartaal van 2020 beter zal zijn dan het tweede kwartaal, waardoor nog iets van het verlies goed gemaakt kan worden.
