Na twee vluchten, een grote hoeveelheid veiligheidscontroles en invullen van allerlei formulieren, zijn we na een uur of twaalf reizen in de Verenigde Staten aangekomen. Het eerste officiële bezoekje? De plaats waar John Deere zijn smederij begon.

In Grand Detour, een klein uitgestorven plaatsje in de staat Illinois, slaat Dick Trahan een populierenblad uit het staal. Trahan is in dienst van John Deere. Trots zegt hij dat hij als enige in het concern nog het vak ‘smid’ uitoefent.

GRIJZE BAARD
De man met grijze baard om zijn kin en Stetson op zijn hoofd, leidt bezoekers rond op de John Deere historical site. Het is zijn baan. Ieder jaar komen zo’n 20.000 mensen, voornamelijk schoolkinderen en Deere-fanaten, kijken naar de oude smederij, het woonhuis en de kunsten van Trehen. Ze betalen 5 dollar entree. En na afloop kunnen ze natuurlijk een kadootje meenemen uit de souvenirwinkel. Een oudgemaakte pet bijvoorbeeld met het springende hert erop. Of een T-shirt of een puzzel.

BELANGRIJKE AMERIKAAN
Het belangrijkste onderdeel van het museum, want zo mag je het wel noemen, is de opgraving van de oude werkplaats van Deere. De werkplaats waar hij zijn eerste stalen ploeg maakte, waarmee je de moeilijke prairiegrond wel kon omleggen. Lijnen op de grond tonen aan hoe groot de werkplaats was. Stenen en kuilen geven aan waar het aambeeld stond en de oven. En waar het paard rondjes liep om alle apparatuur aan te drijven. Een film legt uit, met gevoel voor dramatiek, hoe die ploeg de wereld veranderde. Of in ieder geval de landbouw. Dat Abraham Lincoln en John Deere in dezelfde film meer dan een keer in een adem genoemd worden, is natuurlijk niet voor niets. Lincoln is een van de belangrijkste Amerikanen allertijden. En dat moet John Deere ook zijn.

TOILET
Terwijl ik door het huis van de familie Deere loop en een kijkje neem in de naar vroeger tijden ingerichte slaapkamer, woonkamer en keuken, kan ik me maar moeilijk voorstellen dat we in Nederland op dezelfde manier met onze landbouwmachinehistorie om zouden gaan. Zou het er ooit nog van komen dat we het toilet van meneer Visser, de uitvinder van de pendelstrooier, of de slaapkamer van de broers Van der Lely kunnen bekijken?