Log hier in om het maximale uit uw abonnement te halen.X

Volgens de nieuwe Ctgb voorschriften moeten pneumatische maïszaaimachines vanaf dit jaar aangepast worden om bijensterfte te voorkomen. Uitzondering zijn de machines van Becker vanwege het overdruksysteem. 
Pneumatische (onderdruk/vacuüm) zaaimachines moet je uitrusten met deflectoren. Hiervoor zijn aanpassingskits te koop. Deflectoren buigen de luchtstroom af naar de grond waardoor de lucht niet ongecontroleerd de lucht ingeblazen wordt. Dit geeft een sterke driftreductie van minstens 85 procent blijkt uit onderzoek. Gebruikers van Becker en Kongskilde Demeter Aeromat pneumatische zaaimachines blijven gevrijwaard van extra kosten en arbeid, laat Kongskilde Benelux weten. Deze machines werken met een overdruk- in plaats van onderdruksysteem. Dit betekent dat schone lucht wordt aangezogen via de cycloon en naar het zaaisysteem wordt geblazen. Door dit systeem wordt ruimschoots aan de driftreductie eisen voldaan en zijn aanpassingen aan de zaaimachine niet nodig.
Bijensterfte
In 2008 leidde de combinatie van slecht gecoat maïszaad, ongunstige weersomstandigheden en het zaaien met pneumatische zaaimachines in het buitenland tot hoge bijensterfte. Om dit in Nederland te voorkomen, heeft het Ctgb vanaf 1 januari 2010 nieuwe maatregelen ingesteld voor de behandeling van zaad, de zaaiomstandigheden en zaaimachines. De maatregelen gelden in eerste instantie alleen voor met insecticide behandeld maïszaad, maar worden in de toekomst mogelijk uitgebreid naar andere teelten. Ten eerste mag behandeld zaad maximaal 0.75 g stof per 100.000 zaden bevatten. Dit is de verantwoordelijkheid van de zaadontsmettingsbedrijven. Voor reeds gecoat zaad geldt deze norm nog niet. Daarnaast is zaaien bij sterke wind verboden en mag bij het vullen het eventueel aanwezige stof onderin de zaaizaadzak niet overgebracht worden in de zaaimachine.