De 3SP-A heeft een tussenrijafstand van zestig centimeter. Voor het planten worden er op het veld ruggen gevormd met een ruggenfrees. De plantmachine plant de koolplantjes op deze ruggen. Op de plantmachine zit een selector zodat alleen de kluiten met planten worden geplant. De kluitjes zonder plantje, waarop het zaadje niet gekiemd is, worden eruit gegooid.
36.000 planten
De machine kan tot 36.000 planten per uur poten. De Agriplanter is voorzien van een autonoom hydraulisch systeem en een onafhankelijke elektrische installatie op de machine. De dieptecontrole gebeurt met ultrasoon sensoren en het aandrukken van de planten wordt elektronisch-hydraulisch geregeld. De machine wordt aangestuurd via CAN-bus en de bediening gebeurt via een touchscreen.