Meerdere Duitse zonnepanelenfirma’s zijn naar aanleiding van de voortdurende discussie over zonnepanelen op landbouwgrond, in verticale zonne-energieopwekking en het zogenoemde Agri-PV gestapt. Op deze manier wordt landbouwgrond met een dubbele functie gebruikt.
Voor dubbelgebruik van grond, dus in combinatie met grazend vee of teelt van bijvoorbeeld appels, worden zonnepanelen als beschuttend afdak toegepast. Daarbij is de laagste verplichte goothoogte in Duitsland minstens 2,1 meter vanwege de gestelde norm daarvoor. Deze norm maakt onderscheid tussen zonnepanelen op en boven landbouwgrond. Het oogsten van gras of een ander gewas vraagt dus om zeer kleine machines. De profielen die de zonnepanelendaken dragen worden in de grond geheid en op zachte bodems eventueel ondergronds geschoord. Een fundering met beton is niet nodig. Het regenwater dat de zonnepanelen opvangen, loopt via goten naar binnen. Tegen de regen bieden de zonnepanelendaken dus geen beschutting, maar dat is ten bate van de gewasgroei ook niet het idee.
Een andere methode om landbouwgrond dubbel te gebruiken, is rechtopstaande, verticale of bijna verticale panelen om het perceel te omheinen of te doorkruisen. Bij doorkruisen op onderlinge afstand van bijvoorbeeld 10 meter, lever je ongeveer 10 procent van het oppervlak in, gezien je met machines een veiligheidsafstand tot de panelen zal moeten aanhouden. Dan blijven werkbreedtes van negen meter over, wat past mooi bij rijpadensystemen op grasland of in akkerbouwgewassen.