Vanuit de trekker kun je de isobus bediende ploeg omzetten van transportstand naar werkstand en andersom. Daarnaast kun je de werkdiepte en breedte instellen, de breedte van de eerste voor en de overbuik- en overrugpositie. Ook is het mogelijk om de positie van, een aan de ploeg gekoppeld, vorenpakker tijdens het ploegen te verstellen. Bijvoorbeeld als je langs de perceelsrand wil ploegen. Het is met deze isobus aangestuurde ploeg zelfs mogelijk om de kopakker te markeren in de terminal in de trekker. De ploeg zal zichzelf vervolgens gelijkmatig inzetten en uitheffen.