Opslaan

Voederwinning

Overlaad-opraapwagen van Fliegl is eigenlijk best handig

Wie zit hierop te wachten? Dat was een veelgehoorde en ook wel wat lacherige reactie toen Fliegl in 2017 op Agritechnica de Büffel presenteerde. Het Duitse Profi ging deze zomer met een prototype op pad en oordeelt eigenlijk best positief.

De zes meter lange en acht ton zware Büffel is geen opraapwagen en geen hakselaar, laat staan een pers. Maar je kunt er wel je kuilgras mee van het land halen. Het Duitse vakblad Profi omschrijft de Büffel als een overlaad-opraapwagen.

Het werktuig neemt het gras op met een 2 meter brede opraper en dat passeert daarna de rotor met 49 messen en deponeert het gesneden product op een opvoerband. Doseerwalsen draaien het gras vervolgens luchtig in een trechtervormige 10 kuub grote tussenbunker. Voor de afvoer van het gras heeft de Büffel een 80 cm brede afvoerband die het gras met een snelheid van 6,5 meter per seconde in een kieper draait.

De tussenbunker is met 10 kuub niet al te groot, zeker ook omdat de Büffel het gras niet samendrukt, zoals een opraapwagen dat wél doet. Maar de tussenbunker is groot genoeg voor een vliegende wissel tussen de kiepers. Ook het keren op de kopakker gaat snel omdat de Büffel niet hoeft te wachten tot de kieper weer onder de afvoerband staat. Dat betekent dat je met de machine nagenoeg continu gras kunt oprapen, uiteraard op voorwaarde dat er voldoende kiepers zijn voor de afvoer van het gras. Dat levert een efficiëntievoordeel op. Ter vergelijking: een opraapwagen kan maar 15 tot 20 procent van de tijd gras oprapen, de rest van de tijd is de opraapwagen aan het transporten.

Vermogen

De John Deere 6190R met een maximumvermogen van 156 kW (209 pk) voor de Büffel kon met een snelheid van 7 tot 10 km/h werken. Met meer vermogen zou je nog sneller kunnen werken – de Büffel mag belast worden tot 257 kW (350 pk). Wel is het dan de vraag of de chauffeur het dan allemaal nog kan bijhouden. Want hij moet niet alleen de pick-up en via een camera de vulling van de tussenbunker in de gaten houden, maar ook de afvoerband die – niet heel handig – links van de machine lost in plaats van aan de logischer rechterkant. Los daarvan houdt de capaciteit van de afvoerband nog te wensen over. Overigens heeft Fliegl aangegeven dat het bedrijf de capaciteit van de afvoertransporteur nog wil verhogen.

Hydraulisch

Bij de introductie op Agritechnica had Fliegl nog een opraapunit van Lely (inmiddels Agco) gemonteerd. Op het prototype waarmee Profi testte, zat een opraapunit die Fliegl zelf had ontwikkeld. Voor de aandrijving van de opraper, rotor, opvoerband en doseerwalsen is de machine uitgerust met een eigen hydraulisch systeem. De rest van de hydraulische functies worden bediend door de trekkerhydrauliek. De 1,5 meter brede rotor heeft een diameter van 86 cm en telt 49 messen. Zo ontstaat een theoretische snijlengte van 30 mm. Dat is korter dan de snijlengte van een opraapwagen, maar langer dan die van een hakselaar.

Volgens Profi kan de Büffel een kleine hakselaar vervangen, bij een veel lager brandstofverbruik. Een precieze prijs voor de Büffel heeft Fliegl nog niet in het hoofd. Het Duitse bedrijf wil wel kwijt dat de prijs lager uitpakt dan de investering in een zelfrijdende hakselaar, maar hoger dan de investering in een opraapwagen van 40 kuub.