Woordvoerder van het ministerie, Caspar Itz: “We hebben zelf geen satellieten die beelden maken ten behoeve van de precisielandbouw. Daarom voeren we nu gesprekken met de eigenaren van de satelieten en de beelden, zodat we die beschikbaar kunnen maken voor de Nederlandse boer.” Die beelden zijn gratis, maar vrij ingewikkeld te doorgronden. Daarom zullen volgens het ministerie vooral kennisinstellingen en gespecialiseerde bedrijven de data analyseren.
De data, afkomstig van satelietten die op een afstand van 500 tot 900 kilometer in een baan om de aarde cirkelen, geven informatie over de bodem en de ontwikkeling van gewassen. Dronebeelden die boeren en bedrijven zelf maken worden niet overbodig. Itz: “We moedigen het alleen maar aan. Elke manier waarop we nauwkeuriger kunnen produceren is een goede stap.”
