Blog
Liefde voor gras
Als redacteur van Tuin en Park Techniek schrijf je de ene maand over grasmaaiers en de andere maand over zoutstrooiers. De onderwerpen rouleren door. De laatste weken stonden voor mij in het teken van sportveldbeheer.
Als redacteur van Tuin en Park Techniek schrijf je de ene maand over grasmaaiers en de andere maand over zoutstrooiers. De onderwerpen rouleren door. De laatste weken stonden voor mij in het teken van sportveldbeheer.
Meerdere fabrikanten organiseerden machinedemonstraties op de voetbalvelden van verschillende Nederlandse profclubs. Bij het betreden van zo’n veld besef je weer even dat het vak van grasmeester meer is dan het onderhouden van een ‘grasveldje’. De grassprieten vormen niet alleen een strak matje. Nee, de grassprieten vormen een biljartlaken waarop de bal nog beter rolt, de spelers zachter landen en de maaipatronen nog strakker zijn.
De mat is de plek waarop geschiedenis wordt geschreven en het is de onderbodem die het spel van de teams kan beïnvloeden. Een voorbeeld; extra beluchten zorgt voor een zachtere mat. Door als ploeg veel op een zachte mat te trainen, worden de spieren sterker en slaat de vermoeidheid minder snel toe. De tegenstander is dit niet gewend en ondervindt hier hinder van. Kortom, een goede mat is meer dan alleen duizenden grassprietjes per vierkante meter. Het werk van een grasmeester is dan ook geen beroep, het is vakmanschap. Iedere millimeter gras telt, iedere regenbui moet doorstaan worden en iedere speelminuut moet het gras stand houden.
Terwijl je in het buitenland als grasmeester op een voetstuk staat, wordt het grasmeesterschap in Nederland vaak ondergewaardeerd. Een goede mat kost de nodige zorg en dus de nodige centen. Maar zelfs bij de grote profclubs zijn de budgetten voor een goede mat vaak te krap. Een extra trainingsveld is te duur, waardoor het hoofdveld naar de vernieling wordt getrapt. Oplossing? Een kunstgrasmat. Althans… Voor de amateursclubs is een kunstgrasmat een aanwinst, maar voor de profclubs een punt van discussie. Kunstgras zou de spelkwaliteit benadelen en de kans op blessures vergroten. Zo benadrukte ook Dirk Kuyt nog in zijn laatste persconferentie. “Spelen op kunstgras is een aanslag op het lichaam”, aldus Kuyt. Ook de aanvoerders van andere topclubs benadrukken dat kunstgras een oorzaak is van fysieke problemen. Als het aan de meeste profclubs ligt wordt het kunstgras verbannen uit de Eredivisie. Gevolg? Er moet geld vrijgemaakt worden voor natuurgras- of hybridevelden. Dat liet ook voormalig Ajax-trainer Peter Bosz weten bij het tv-programma ‘De tafel van Kees’. “Als het financiële aspect de reden is, moet je niet in de Eredivisie gaan voetballen”, aldus een kritische Bosz.
Samengevat, na de ophef over de infill-korrels draait de kunstgrasdiscussie momenteel op volle toeren en de vraag naar natuurgras wordt steeds groter. En dat laatste is nu net hetgeen waar het hart van menig grasmeester sneller van gaat kloppen. Voor hun ruikt er niets lekkerder dan vers gemaaid gras. En niets is mooier dan een kaarsrecht maaipatroon neerleggen achter je maaimachine. Hoe dan ook, de liefde voor gras is groot genoeg. Nu het geld nog…