Opslaan

Blog

Kunst

Collega Henk Beunk constateerde in januari op de Groene Sector Beurs in Hardenberg dat het aandeel kunstgras toeneemt rondom het huis. En dat is niet zo gek, schrijft hij in het eerste nummer van Tuin en Park Techniek van 2019.

Een robotmaaier neemt je tegenwoordig veel werk uit handen, maar neem je in plaats van natuurgras kunstgras in de tuin dan ben je ook meteen verlost van schade door engerlingen, mollen, droogte en vorst. Bovendien hoef je kunstgras ook niet meer te bemesten. Hij gaat nog even verder: ‘Veel kunstgras is ondertussen zo echt, dat je nauwelijks nog verschil merkt met de natuurlijke variant.’

Tegen zoveel logica lijkt weinig in te brengen. Wanneer gaat hij vertellen dat hij kunststof bomen gaat installeren? Handig, die hoef je nooit meer te snoeien en het blad ervan blijft zelfs in steenkoude winters grasgroen aan de boom hangen. Als ik niet beter zou weten, zou ik denken dat mijn collega door het kunstgrasvirus was gegrepen. Maar ik ken hem langer dan vandaag. Hem mankeert niets en hoewel hij heel wat uren in zijn tuin moet doorbrengen om één en ander toonbaar te houden, is er geen haar op zijn hoofd die eraan denkt om het gras te vervangen voor kunstgras. Gelukkig.

Net als Henk, ben ik een fervent aanhanger van natuurgras. Natuurlijk: je moet het maaien, bemesten, verticuteren en beluchten. En als het droog is, moet je sproeien, wil je het een beetje groen houden – zeker als je zoveel engerlingen hebt als Henk. Maar hoeveel tijd en energie je er ook insteekt, het ziet er nooit zo egaal groen uit als kunstgras… Gelukkig niet. Ik vind het heerlijk dat een gazonnetje nooit helemaal perfect is. Dat is nu juist zo charmant aan natuurgras. En hoe natuurlijk kunstgras ook kan aanvullen – er kan toch niets op tegen het gevoel van blote voeten in het gras na een dag werken?