Door de afname van de ammoniakemissie daalt de ventilatiebehoefte met 25 procent, aldus de onderzoekers. Dit heeft als voordeel dat de emissie van geur en fijn stof afneemt. Verder presteert de koe beter bij temperaturen die variëren tussen de 5 en 15 graden. Bij deze temperaturen hoeft de koe zijn lichaam niet te koelen of op te warmen. Het dier kan hierdoor al zijn energie in de melkproductie stoppen. Door de mestroosters te koelen ontstaat er condensvorming op de vloer. Volgens de onderzoekende partijen blijft ook in de zomer de beloopbaarheid van de vloer hierdoor goed.
Door de voergang te koelen blijft het ruwvoer langer vers. De kans op schimmelvorming en broei neemt immers af, waardoor er minder voer verloren gaat. Om te proef uit te testen onder praktijkomstandigheden richt men momenteel een testlocatie in. Deze locatie moet eind 2016 in gebruik genomen worden.
