Het automatische melksysteem is razendpopulair. Als het gaat om nieuwe melkstallen zijn er tot halverwege dit jaar in Nederland 282 robotboxen geplaatst, zo blijkt uit de statistieken van Qlip. Ter vergelijking, in diezelfde periode werden vijf draai-, vijftien visgraat-, twee swingover en 25 zij-aan-zijmelkstallen geïnstalleerd.
Hoewel de melkrobot dus populair is, melken de meeste melkveehouders nog in een gangbare melkstal. Er is ook veel te zeggen voor de vertrouwde melkstal. Je ziet de koeien twee of drie keer per dag aan je voorbijkomen, waardoor je snel problemen herkent. Daar staat tegenover dat je ook dagelijks twee of drie keer aan dit terugkomende werk vastzit. Dat is een zware belasting voor de nek, armen, schouders en rug. Een exoskelet, dat de melker tijdens zijn of haar werk ondersteunt, neemt die belasting voor een groot deel weg. Dat scheelt. Wat ook scheelt, is het nieuwe melksysteem dat melkmachinefabrikant Gea heeft bedacht voor gangbare melkstallen. Het bedrijf past de techniek al jaren toe in de automatische melksystemen van het merk. Doordat het schoonmaken van de uier, het stimuleren, het voorstralen, het melken en het dippen allemaal automatisch in dezelfde tepelbeker plaatsvindt, sta je als melker een stuk minder lang in de melkstal. Je hebt tijdens het melken minder te doen, maar ziet elke koe wel langskomen. Want je moet nog wel het melkstel aanhangen. Dat het systeem in een bestaande melkstal past, maakt het helemaal interessant. Het zou mij dan ook niets verbazen als dit melksysteem populair wordt in onze kleinere stallen. Toch zit dat er nog niet in. De fabrikant levert de techniek voorlopig namelijk alleen in Noord-Amerika, waar melkveebedrijven moeilijk (geschoold én ongeschoold) personeel kunnen vinden.
