.
Het systeem bestaat uit een afscheidingswand, waarin de robotarm en alle techniek daarom heen, zoals de camera die de plaats van de spenen bepaalt, is verwerkt. Voor iedere standplaats in dus een robotarm nodig. Op een zestigstands draaiplatform zijn dat er dus ook daadwerkelijk 60. Die arm voert dan ook het hele melkproces uit; aansluiten, prédip, melkmonsteren, postdip en afname inclusief tussentijdse desinfectie van de melkbekers.
Geen stangetjes
Hoewel het vinden van de spenen op dezelfde manier plaatsvindt als bij de MiOne melkrobot, is de ophanging van de melkbekers anders. De stangetjes die nu nog de MiOne arm sieren, zijn verdwenen en maken plaats voor kettinkjes.
Tussenhekjes
In een draaimelkstal vormen de robotwanden de afscherming tussen de koeien en zijn de wanden vast gemonteerd. Bij een zij-aan-zij melkstal kunnen ze, net als tussenhekjes, opzij bewegen, zodat de koe naar binnen kan lopen.
Zelf aansluiten
Groot voordeel van het systeem zou zijn dat je ook handmatig kunt aansluiten of een eventuele melker de keuze kan laten; of de arm zelf laten aansluiten, of hem als servicearm gebruiken. In alle gevallen zou de DairyProQ arm arbeidsbesparing opleveren.
Onduidelijk
Met het systeem mikt GEA vooral op grotere melkveebedrijven, waar op vaste tijden wordt gemolken. Op dit moment test GEA de arm. Afhankelijk van die resultaten, zou volgend jaar een commerciele melkstal met de DairyProQ armen uitgerust kunnen worden. Wat de kosten zijn en wanneer de marktintroductie zal plaatsvinden is nog onduidelijk.
